kleine cosette:
's nachts vlieg ik naar mijn luchtkasteel.
Als God de heer me vleugels geeft.
Vloeren die hoeven niet geveegd.
omdat `t kasteel geen vloeren heeft.
Overal speelgoed wat er zweeft .
Jongens en meisjes zijn er veel.
Niemand die iets te snauwen heeft.
snauwen mag niet in mijn kasteel.
daar is een vrouw in witte jurk.
Houd me vast en zingt een lied.
Zo mooi op te zien en ze voelt zo zacht.
Ze zegt: Cosette ik hou van jou en lacht.
ik ken een plek waar je nooit verdwaalt
ik ken een plaats waar niemand huilt.
Huilen mag niet wanneer ik speel snachts in mijn mooie lucht kasteel